benodigdheden

• 125 g boter
• 125 g Van Gilse Donkere Basterdsuiker
• 125 g zelfrijzend bakmeel
• 2 eieren
• 1½ eetlepel koek- of speculaaskruiden
• snufje zout
• 3 appels
• 400 ml appelsap
• 200 g mascarpone
• 2 theelepels kaneelpoeder

bereiding

De oven voorverwarmen op 170ºC. Springvorm van 20 cm doorsnede invetten. De boter tot een romige massa kloppen. De eieren een voor een door kloppen en na het laatste ei nog 3 minuten extra kloppen. Meng de basterdsuiker, koekkruiden en zout door het botermengsel. Het bakmeel in gedeelten door het botermengsel roeren. De springvorm vullen met het beslag en in ongeveer 1 uur gaar bakken. Laat de koek afkoelen. Appels schillen en in schijfjes snijden. Het appelsap verwarmen en de appelschijfjes 3 minuten zachtjes beetgaar koken. De appelschijfjes uit laten lekken, sap opvangen en laten afkoelen. De mascarpone mengen met 50 ml appelsap en 1 theelepel kaneelpoeder. De koek uit de vorm halen en bestrijken met de kaneelcrème. De appelschijfjes erboven op leggen en daarna bestuiven met de rest van de kaneelpoeder.